Als fysiotherapeut heb ik mij al vanaf het begin van mijn carrière verbaasd over het feit dat we onze voeten op een totaal andere manier behandelen dan de rest van ons lijf. Wanneer er sprake is van klachten aan de rug, dan gaat de patiënt naar de fysiotherapeut, en krijgt deze oefeningen om de rug leniger en sterker te maken. Er wordt gelukkig al decennialang niet meer gekozen voor een korset, en weken bedrust is al lang uit den boze.
Hetzelfde geldt voor klachten aan de nek, schouders of knieën: oefenen is het devies, om de gewrichten weer soepel te laten bewegen, en de spieren te versterken. Er komt geen hulpmiddel aan te pas.
Hoe anders is dat bij voetklachten! De eerste reflex van patiënten én artsen is: steunzolen. De werking van een steunzool zit in het tegengaan van de pijnlijke beweging. Dat geldt voor ook voor een korset of een halskraag. Het grote probleem daarvan is dat de gewrichten waarvan je de beweging belemmert, met de tijd stijver worden. Met alle gevolgen van dien.
Er wordt dus, in tegenstelling tot bij klachten in de rest van het lichaam, bij voetklachten als eerste gekozen voor een hulpmiddel, en niet voor mobiliteitsoefeningen voor de gewrichten, of het activeren van de voetspieren.
Deze vreemde tweedeling in het lichaam, en de fundamenteel andere benaderingswijze van klachten onder of boven de enkel, heb ik nooit begrepen. Onze voeten zijn namelijk óók opgebouwd uit botten, gewrichten, banden, spieren en pezen. Net als de rug, de elleboog, de heup, de knie…
In 2019, op de helft van mijn werkzame leven, startte ik mijn nieuwe fysiotherapiepraktijk De Gangmakerij in Tilburg. De Gangmakerij staat voor de werkplaats waar problemen met de gang (de manier van lopen) worden opgelost. Hierin richt ik mij volledig op het behandelen van voetklachten door middel van manuele therapie van de voetgewrichten en actief oefenen van de vaak verwaarloosde voetspieren. Daarbij adviseer ik vaak om de steunzolen die mensen al jaren dragen, uit de schoenen te verwijderen.
Een van de pijlers van onze behandelingen is het adviseren in schoeisel. Vanuit de wetenschap is inmiddels sterk aangetoond dat het dragen van flexibele barefoot schoenen leidt tot sterkere voetspieren. Daar tegenover staat dat is aangetoond dat de stijfheid van de zool bepaalt hoe (veel) de voetgewrichten bewegen. Een stugge zool kan bijvoorbeeld leiden tot wel 60% minder beweging van het hielbeen in vergelijking tot het lopen op blote voeten. We hebben niet voor niets gewrichten in onze voeten gekregen van Moeder Natuur. Gebruik ze dan ook, en belemmer ze niet in hun natuurlijke functie.
Een ander mooi voorbeeld van de voordelen van barefoot schoenen, is het verbeteren van de balans. Onze tenen hebben een belangrijke functie in het bewaren van ons evenwicht. In barefoot schoeisel krijgen onze tenen de ruimte dankzij een wijde voorkant: de toe box. Hierdoor krijgen de tenen weer bewegingsvrijheid, en kunnen zij bijdragen aan de balans op één been. Dit verkleint daarmee de kans op vallen. Reden te meer om vooral ook mijn oudere patiënten te wijzen op de voordelen van minimalistische schoenen.